Even kennismaken met… Rick de Jonge, directeur Stempher en nieuw bestuurslid Kartoflex
Rick de Jonge is sinds een jaar directeur van Stempher in Rijssen en trad onlangs toe tot het bestuur van Kartoflex. Hij volgt daarmee Arjen van der Werve op namens de OPACKGROUP. Betrokken zijn, besturen met een brede blik en zorgen dat keuzes en afspraken praktisch en haalbaar zijn, dat is waar Rick warm voor loopt.
Binnen de OPACKGROUP was hij eerder verantwoordelijk voor twee andere bedrijven, in de kunststofhoek. Rick heeft de nodige bestuurlijke ervaring opgedaan, onder andere bij de Federatie NRK, de Nederlandse Rubber- en Kunststofindustrie. “Maar nu ik de overstap naar papier heb gemaakt, was het logisch om aan te sluiten bij Kartoflex. Ik draag graag een steentje bij en het is ook een beetje de filosofie van onze groep om bestuurlijk actief te zijn. Collega’s van mij zitten ook in allerlei besturen en fora.”
Waar zie je voor jezelf een rol binnen Kartoflex?
“Mijn rol zie ik vrij breed, maar één ding is voor mij leidend: hou het praktisch. Wat betekent een besluit nu echt, voor een bedrijf en in de uitvoering? Welk gedrag verwacht je hiermee te beïnvloeden? Subsidiëren kan werken, maar zodra de subsidie stopt, stopt ook het gedrag. Je kunt gedrag sturen, maar je moet het wel praktisch houden. Je moet de theorie en de praktijk bij elkaar brengen, en ik zie het ook een beetje als mijn rol om dat perspectief mee te brengen.”
Je refereerde aan je bestuurlijke ervaring. Kun je daar iets meer over vertellen?
“Ja, ik heb zestien jaar in een papierfabriek gewerkt. Daarna ben ik overgestapt naar de kunststof – naar een concurrent van OPACK – toen een tussenstap gemaakt in de machinebouw, en vervolgens bij OPACK weer terug in de kunststof en nu weer in papier.
Bestuurlijk heb ik in veel verschillende gremia gezeten: bij VNO-NCW, zowel regionaal als landelijk, bij het pensioenfonds en bij de werkgeversvereniging OWASE. Ik was betrokken bij het opzetten van het Regionaal Techniek Centrum in Hardenberg en zit aan bij het bestuur van stichting BONO, de Beroepsopleiding Noordoost Overijssel, waar we onder andere zij-instromers werven en procesoperators trainen.”
Arbeidsmarkt lijkt een rode draad in je bestuurswerk. Is dat ook een belangrijk thema voor Kartoflex?
“Als ik kijk naar de samenstelling van het Kartoflex-bestuur, dan zit daar gelukkig al iemand in met een duidelijk HR-profiel. Dus ik ga ervan uit dat er aandacht is voor het thema arbeidsmarkt. Iedereen worstelt ermee; mensen zijn schaars. Maar ook op andere vlakken heeft de industrie in Nederland het lastig: de energiekosten zijn hoog, de regelgeving complex. Dat is niet uniek voor onze branche.
Ik denk dan ook dat we dat samen met andere branches meer impact kunnen maken, bijvoorbeeld in de keten of met VNO-NCW en MKB-Nederland. Tegelijk: als wij als Kartoflex nét iets slimmer zijn in hoe we mensen werven en opleiden, dan redden wij het misschien beter dan andere branches. Dat is een tweede realiteit.”
Je noemde ook regelgeving als grote uitdaging. Wat bedoel je daarmee?
“De hoeveelheid regels en de snelheid waarmee die veranderen. We hebben bijvoorbeeld vanuit de kunststofbedrijven van OPACKGROUP alle Kamerleden en gedeputeerden van provincies een brief gestuurd over nieuwe regelgeving. Het resultaat is dat we deze maand zowel een Kamerlid als een gedeputeerde in Rijssen op bezoek krijgen. Dat is het effect van een beetje op de trom slaan. Ik weet nog niet goed hoe dat binnen Kartoflex georganiseerd is, maar ik denk wel dat het belangrijk is dat we ook als branche op dat vlak ons geluid laten horen.”
Wat valt je op nu je de eerste bestuursvergaderingen van Kartoflex hebt meegemaakt?
“Ik heb er nu twee gehad: één introductie en één echte vergadering. Het is nog te vroeg om er veel over te zeggen. Het ging nu wat meer over cao en personele zaken, ik heb nog niet het hele beeld hoe het zit met inhoudelijke thema’s als duurzaamheid of het landelijke vestigingsklimaat. Daar wil ik me de komende tijd verder in verdiepen.”
Waar valt nog winst te behalen voor Kartoflex, denk jij?
“Kartoflex doet veel voor de leden, is er ook iets voor niet-leden? Bij VNO-NCW bijvoorbeeld krijg je de nieuwsbrief alleen als je lid bent. Terwijl nieuws uit de branche en artikelen over wat een vereniging voor haar leden doet, mensen warm maakt om lid te worden. Je moet een beetje FOMO creëren. Ja, dit is wat er gebeurt in jouw branche, word wakker. Dan gaan mensen denken: ‘waarom ben ik er niet bij? Waarom ben ik geen lid?’ Daar valt volgens mij nog winst te behalen.”